Brits onderzoek stelt efficiëntie windenergie in vraag

Windturbine-parken zijn veel minder efficiënt dan wordt beweerd. In meer dan één derde van de tijd draaien deze parken op minder dan 10 procent van hun maximale capaciteit. Dat is de conclusie van een onderzoek van het Britse bureau Stuart Young Consulting bij Britse windparken in opdracht van de natuurorganisatie John Muir Trust. Er wordt aan toegevoegd dat de energieproductie tijdens periodes van grote vraag op een laag niveau blijven. De sector van de windenergie zegt echter geen vertrouwen te hebben in de resultaten van het onderzoek.

In het rapport wordt aangevoerd dat windturbines niet kunnen worden beschouwd als een interessante energiebron. Er wordt opgemerkt dat de energiesector aanvoert dat windturbines gemiddeld ongeveer 30 procent van hun maximale capaciteit opleveren. "Uit het onderzoek is echter gebleken dat de turbines in meer dan de helft van de tijd minder dan 20 procent van hun capaciteit leveren en in één derde van de tijd ligt de efficiëntie zelfs onder de 10 procent," merkt Stuart Young Consulting op.

De onderzoekers voegen er aan toe dat men constant wordt geconfronteerd met periodes van lage windsnelheden. "Tijdens de vier grootste periodes van een piekvraag bleek de productie amper tussen 2,51 procent en 5,51 procent van de totale capaciteit te bedragen," wordt er aan toegevoegd. "De wind gedraagt zich heel anders dan wordt afgeleid uit gemiddelde windkracht en snelheidsrecords. Het is duidelijk dat windkracht geen betrouwbare vorm van energieproductie kan worden bestempeld."

Jenny Hogan, beleidsdirecteur bij Scottish Renewables, merkt echter op dat geen enkele vorm van elektriciteit de hele tijd de maximale capaciteit benut. Hogan voegt er aan toe dat het onderzoek duidelijk is vertrokken vanuit een oppositie tegen windenergie.