Besproeien wolken is een delicate klimaatoperatie

Het besproeien van wolken met zeewater, dat bestempeld werd als een mogelijke ingreep om de klimaatverandering te bestrijden, zou mogelijk contraproductief kunnen werken. Dat is de conclusie van een rapport van de European Geosciences Union. Daarbij wordt opgemerkt dat het gebruik van druppels met de verkeerde grootte uiteindelijk zou kunnen leiden tot een opwarming in plaats van afkoeling van de aarde. Eén van de ontwikkelaars van de technologie merkt echter op dat gegarandeerd kan worden dat de druppels de geschikte grootte hebben.

Het besproeien met zeewater zou volgens de theorie de wolken witter kunnen maken, waardoor ze meer zonne-energie naar de ruimte zouden kunnen reflecteren, waardoor de aarde zou kunnen afkoelen. De theorie werd twintig jaar ontwikkeld door John Latham, die op dit ogenblik aan de slag is bij de University Corporation for Atmospheric Research in de Verenigde Staten. Kari Alterskjaer, onderzoeker aan de University of Oslo, merkte echter op dat computermodellen hebben uitgewezen dat zeventig keer meer zout zou moeten worden gebruikt dan oorspronkelijk werd voorzien.

Bovendien merkte ze op dat een verkeerde grootte van de gebruikte waterdruppels het effect zouden kunnen omkeren en de dekking van de wolken zouden kunnen doen afnemen in plaats van te versterken, waardoor de opwarming van de aarde nog zou worden gestimuleerd in plaats van afgeremd. De verdedigers van de technologie merkten echter op dat er systemen bestaan om de exacte omvang van de waterdruppels te bepalen. De technologie vormt één van de strategieën om tijd te winnen, totdat de wereldwijde economie naar een duurzaam systeem zou zijn overgeschakeld.