Beeldvorming vanuit ruimte is belangrijke groeimarkt

Engeland gaat over drie jaar drie satellieten lanceren om in hoge resolutie van het aardoppervlak te nemen. Daarvoor werd een contract toegekend aan het Britse ruimtevaartbedrijf Surrey Satellite Technology. Het contract heeft een waarde van 100 miljoen pond sterling. De satellieten zouden beelden kunnen nemen met een nauwkeurigheid van één meter. Bedoeling is dat ongebruikte capaciteit van de satellieten zouden kunnen worden ingehuurd door landen die zelf geen eigen ruimtevaart-activiteiten ontplooien. Het project werd door Martin Sweeting, voorzitter van Surray Satellite Techology, voorgesteld tijdens het International Astronautical Congress in Praag.

Surrey Satellite Technology heeft al een vloot van beeld-satellieten in dienst, maar die zijn eigendom van verschillende landen, zoals Groot-Brittannië, China, Spanje en Nigeria. De nieuwe satellieten zullen vanuit Groot-Brittannië worden beheerd, maar gedeeltelijk worden verhuurd aan geïnteresseerde partijen. Sweeting merkt op dat beeldvorming vanuit de ruimte een duidelijke groeimarkt is, met steeds toenemende toepassingen, zoals het uittekenen van stratenplannen en het controleren van de ontbossing. Surrey Satellite is volgens hem een wereldwijd marktleider geworden in de constructie van kleine satellieten. Daarbij worden de kosten gedrukt door het gebruik van gewone consumenten-elektronica, zoals laptops.

Surrey Satellite Technology is een spin-out van de University of Surrey. Het bedrijf kreeg tien jaar geleden een belangrijke ondersteuning van de Britse regering om een aantal sleuteltechnologieën en marktmogelijkheden uit te testen. Die investeringen hebben volgens Sweeting een twintigvoudige meeropbrengst opgeleverd. De nieuwe satellieten zullen meer dan driehonderd kilogram wegen. Dat is drie keer meer dan de huidige vloot van het Britse ruimtevaartbedrijf. De nieuwe satellieten zouden onder meer een meerwaarde moeten kunnen opleveren bij het bestrijden van rampen. Onder meer werden de beelden van het Britse bedrijf gebruikt bij het meten van de impact van het ongeval met het boorplatform van British Petroleum in de Golf van Mexico.