Emiraat Sharjah achter overnamebod op voetbalclub Liverpool

Achter één van de overname-biedingen op de Engelse voetbalclub Liverpool gaat de koninklijke familie van het emiraat Sharjah schuil. Dat heeft één van de bronnen rond de onderhandelingen gezegd. In zijn overnamebod had de Syrische zakenman Yahya Kirdi eerder al aangegeven een vertegenwoordiger te zijn van een selecte groep investeerders uit het Midden-Oosten en Canada. Hij voegde er aan toe dat er verregaande gesprekken waren om Liverpool over te nemen van zijn huidige Amerikaanse eigenaars Tom Hicks en George Gillett. De namen van de investeerders werden nog niet officieel bekend gemaakt aan Martin Broughton, voorzitter van Liverpool en coördinator van de onderhandelingen rond de overname.

"De groep investeerders uit het Midden-Oosten zou echter bestaan uit leden van de al-Qasami familie, die al eeuwen het bewind voert over Sharjah, de derde grootste lidstaat van de Verenigde Arabische Emiraten," aldus de Engelse krant The Guardian. "Al-Qasami is niet de rijkste familie uit de elite van de emiraten, maar ze hebben wel toegang tot grote rijkdommen. Sharjah heeft grote voorraden olie en gas. Yahya Kirdi zou de bevoegdheid hebben om de familie in verscheidene investerings-projecten te vertegenwoordigen. Een dergelijke regeling is in het gebied van de Perzische Golf niet ongewoon. De Syrische zakenman is al sinds oktober vorig jaar in gesprek met Hicks en Gillett over de overname van de Engelse voetbalclub."

Een bron rond de onderhandelingen zegt dat de overname-kandidaten een principe-akkoord hebben gesloten met Hicks en Gillett. De investeerders zouden de controle over de club overnemen, de schulden van 237 miljoen pond aan Royal Bank of Scotland en Wachovia afbetalen en de financiëring voorzien van de bouw van een nieuw voetbalstadion voor Liverpool. Dat zou gebeuren met een financiële overeenkomst voor een periode van vijftien jaar. Volgens een aantal bronnen zou Kirdi een overeenkomst hebben gesloten om de aandelen van Hicks en Gillett over te nemen voor een bedrag van 600 miljoen pond. Ook de Chinese zakenman Kenneth Huang zou een overnamebod hebben gedaan, maar Hicks en Gillett zouden een voorkeur hebben voo