Zwanezang voor Volga

De Volga, de Russische auto voor de topklasse, loopt op zijn laatste benen. Volgend jaar zullen er van het model nog amper 50.000 exemplaren geassembleerd worden. Het Russisch publiek is immers meer geïnteresseerd in buitenlandse merken, zodat de voormalige Sovjet-icoon na bijna een halve eeuw het bijltje er moet bij neerleggen. Autobouwer Gorki AvtoZavoed (GAZ) wil zich voortaan toeleggen op de productie van minibusjes en lichte vrachtwagens.



GAZ werd in 1932 met behulp van Ford opgezet in de stad Nizjni Novgorod. Aanvankelijk werden er kopiën gemaakt van de Ford-T en rolden er ook jeeps en lichte tanks van de band. Na de tweede wereldoorlog werd er de Pobeda, de eerste Russische luxewagen, vervaardigd. In 1956 volgde de Volga, die eveneens voor de Russische elite bestemd was. Na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie begon echter de zwanezang, want de nieuwe elite gaf de voorkeur aan westerse auto's.

Vorig jaar daalde de productie al tot 60.000 exemplaren, ondanks een protectionistische maatregelen van de voormalige Russische vice-premier Boris Nemtsov. Die verplichtte Russische topbestuurders rond te rijden in een Volga in plaats van in een Mercedes of een BMW. Maar aan de Volga was sinds de beginjaren nauwelijks iets veranderd en de ikoon van de Russische autosector verloor dan ook de concurrentieslag met de buitenlandse merken. Een luxueuze Volga-3110, uitgerust met alle mogelijke westerse snufjes, haalde twee jaar geleden nog amper twintig exemplaren.

De Russische markt wordt steeds meer overspoeld door buitenlandse constructeurs, zoals General Motors, Ford en Renault. De Russische autoproductie zag zijn afzet dit jaar met veertien procent teruglopen. GAZ hoopt in samenwerking met een buitenlandse partner wel een nieuwe personenauto te kunnen ontwikkelen. Snel zal de Volga echter niet uit het Russische straatbeeld verdwijnen, want het model wordt onder meer in Moskou nog altijd veel gebruikt door taxichauffeurs.