Managing21

Een weblog rond marketing en economie

Saturday, July 30, 2005

Ecotoerisme in verlaten mijnstadje?



De Amerikaanse miljonair Krishnan Suthanthiran, afkomstig uit de staat Virginia, heeft de verlaten Canadese spookstad Kitsault gekocht voor een bedrag van 5,7 miljoen dollar. De man wil er een centrum van ecotoerisme, kunstenaarskolonie en congrescentrum van maken.

Kitsault was lange tijd een belangrijke mijnstad, maar 22 jaar geleden deden de laatste bewoners de deur achter zich dicht om elders een nieuw bestaan op te bouwen.

Suthanthiran werd geboren in Indië en vergaarde zijn fortuin door de verkoop van medische apparatuur en vastgoed in Washington. "Toen hij enkele maanden geleden hoorde dat in Canada een hele stad te koop stond, hapte hij onmiddellijk toe, zonder ooit ter plaatse geweest te zijn," schrijft Doug Struck in The Washington Post.

De zakenman wil van Kitsault een ecotoeristische bestemming of een kunstenaarskolonie maken. Hij wil er congressen en fora voor wetenschappers organiseren, maar ook huwelijksrecepties en bedrijfs-retraites behoren tot de mogelijkheden. "Roken en auto's zijn er verboden," aldus The New York Times.

Suthanthiran heeft in verleden een aantal filantropische projecten opgezet in India, Canada en de Verenigde Staten. "Meestal gaat het om kleine studiebeurzen, zoals hij ooit de gelegenheid kreeg om dankzij donaties van buren naar school te gaan," stipt Doug Struck aan. "Suthanthiran gelooft in onderwijs. Wie armoede wil bestrijden, moet eerst onwetendheid uit de wereld helpen."

Kitsault ligt ruim 200 kilometer van Terrace, een stad in het westen van British Columbia. "Het was de bedoeling dat Kitsault het model van een mijnstad zou worden," merkt Struck op. "In plaats daarvan werd het een monument van misberekening."

Op het einde van de jaren zeventig besloot het Canadese bedrijf Amax een locale mijn te heropenen om molybdenum te winnen, een metaal dat gebruikt wordt om staal te harden. De mijn was gesloten sinds 1972, maar Amax bouwde een moderne, planmatige stad op om 1.200 mijnwerkers en hun families te herbergen. Er werden zeven flatgebouwen en 92 woningen opgericht. Tevens werd er gezorgd voor groenaanleg, een groot recreatiecentrum, een ziekenhuis, een gemeenschapshuis, een bibliotheek en kinderopvang.

"Het was bijna een paradijs op aarde," getuigde één van de vroegere bewoners. "Er was geen misdaad en de bewoners zorgden voor een berenwacht die de kinderen samenbracht wanneer er een beer in de stad verscheen."

Maar toen de bewoners er zich pas gevestigd hadden, stortte de prijs van mobybdenum in. De prijzen daalden van 15 tot 3 dollar per ton. Een overaanbod en de recessie van de jaren tachtig maakte een einde aan de dromen van Amax. In november 1982 werden de activiteiten gestaakt en enkele maanden later was de stad nagenoeg verlaten.

De stad bleef er ongewijzigd bij liggen. Het zwembad was gevuld, in de kroeg stonden de glazen in de rekken. Amax en de volgende eigenaar, mijngigant Phelps Dodge, stelden een conscierge aan om de stad in goede staat te houden. "Hij maaide de gazons en zette in de winter de verwarming op," aldus Struck. "Daardoor bleef de stad verbazingwekkend intact."

Enkele keren werd geprobeerd om de stad te verkopen, maar er was weinig belangstelling, tot de prijs naar beneden werd gebracht en Suthanthiran van het aanbod hoorde.

Maar Kitsault heeft ook zijn problemen. "De natuur is er schitterend," geeft Struck toe. "Mieren vreten echter de houten fundamenten van de constructies weg, de elektrische leidingen zijn versleten en de riolering voldoet vast niet aan de huidige normen. Bovendien is de oorspronkelijke bevolking van de regio niet erg gelukkig met het feit dat Suthanthiran hen voor zijn plannen niet geraadpleegd heeft."

0 Comments:

Post a Comment

Subscribe to Post Comments [Atom]

<< Home