Europese bom onder exclusief nationale uitzendrechten sport

Televisiezenders kunnen Britse consumenten niet verbieden om van het goedkopere buitenlandse televisie-aanbod gebruik te maken om wedstrijden uit de Engelse Premier League te bekijken. Dat verbod druist immers in tegen het principe van de eengemaakte Europese markt. Dat is advies van advocaat-generaal Juliane Kokott aan het Europese Hof van Justitie. Dat had advies zou volgens experts belangrijke gevolgen kunnen hebben voor de toepassing van de sportrechten in Europe.

De Football Association Premier League had Karen Murphy, eigenaresse van de pub Red, White & Blue in Portsmouth voor de rechter gedaagd omdat ze in haar café wedstrijden uit de Engelse hoogste voetbalafdeling toonde met een decoder van de Griekse zender Nova, die gevoelig goedkoper is dan een abonnement op de Britse aanbieders. Murphy was door een Britse rechter veroordeeld tot een boete van 8.000 pond, waarbij de rechter had opgemerkt dat alleen de mediabedrijven Sky of ESPN het recht hadden om de wedstrijden op Brits grondgebied uit te zenden.

Advocaat-generaal Kokott merkte echter op dat territoriale exclusiviteits-overeenkomsten rond voetbalwedstrijden in strijd zijn met de Europese wetgeving. De Premier League stelde dat de Europese Commissie een legislatief proces moet volgen indien men een globaal Europees vergunningsmodel voor sport, film en muziek wil creëren, maar dat niet voor een rechtbank kan afdwingen. Opgemerkt werd dat het Europese Hof van Justitie de wet moet toepassen, maar niet veranderen.

De Premier League riep de rechters op om met zijn uitspraak de culturele verschillen binnen de Europese Unie te promoten en ontwikkelen. Het advies van de advocaat-generaal is niet bindend, maar wordt meestal wel gevolgd. Indien het Europees Hof ook dit keer het advies van de advocaat-generaal volgt, zal het volgens waarnemers in de toekomst binnen de Europese Unie moeilijk worden om vergunningen voor sportuitzendingen of films op een exclusief landelijke basis te verkopen.