Azië niet geschikt voor chemie?

Ondanks het verschil in loonkosten, zullen chemische bedrijven hun productie niet massaal naar Azie overbrengen. Edouard Croufer, adviseur bij Arthur D. Little ziet meer nadelen bij productie in Azie dan voordelen.

"Op het eerste gezicht lijken de lage loonkosten in India en China en de grote vraag aldaar naar chemische producten een belangrijke vestigingsfactor," aldus het magazine Chempress. "Maar volgens Croufer maken de lonen maar 5 tot 10 procent uit van de totale kosten. Westerse fabrieken worden volgens hem beter onderhouden waardoor er minder uitval is. In China en India moeten fabrieken regelmatig worden stilgelegd. Een fabriek een week plat leggen staat gelijk aan het totaal aan loonkosten per jaar."

Europese bedrijven werken volgens Croufer zeer kapitaalefficient. "Ingenieurs zijn hier meesters in het veranderen van bestaande installaties," meent hij. "Verder heeft de chemische industrie een constante aanvoer nodig van de grondstoffen gas, olie en andere chemicalien. Ook het werken in een regionale chemiecluster zoals in Amsterdam, Rotterdam of Antwerpen biedt velevoordelen.

Croufer merkt op dat India en China aan deze grondstoffen, chemieclusters en kapitaalefficientie ontberen. "Rusland en het Midden-Oosten zijn wel gunstige vestigingsplaatsen voor de basischemie vanwege de lagere lonen en de aanwezigheid van grondstoffen," voert hij aan.