Disney speelt in op moed en trouw

Vanavond gaat de Disney-film 'The Chronicles of Narnia: The Lion, the Witch and the Wardrobe' in wereldpremière in de Londense Albert Hall. De productie moet Harry Potter en The Lord of the Rings naar de kroon stoten. De première wordt bijgewoond door de Britse kroonprins Charles en zijn echtgenote Camilla.

De verlieslatende Disney Studios hopen met de Narnia-cyclus, waarvan er in totaal zeven films zouden moeten uitkomen, minstens evenveel succes te boeken als de verfilmingen van de verhalen van Tolkien en JK Rowling. De productie van de eerste Narnia-film vergde een investering van 250 miljoen dollar. Een tweede film - 'Prince Caspian' - zou in de zomer van 2008 in de bioskoop moeten komen.

De vier Potter-films hebben tot nu toe wereldwijd in de bioskopen meer dan 3 miljard dollar opgebracht. De Rings-trilogie bracht 2,9 miljard dollar op. Disney en zijn filmpartner Walden Media hebben een grote marketingcampange uitgewerkt, waarbij onder meer gericht actie wordt gevoerd bij de Amerikaanse Latino-bevolking en verwanten van Amerikaanse soldaten die in Irak vechten. De producenten denken dat thema's als moed, familie, trouw en goed-tegen-slecht die bevolkingscategorieën zullen aanspreken.

De Narnia-films zijn gebaseerd op het werk van C.S. Lewis. Het verhaal speelt zich af tijdens de tweede wereldoorlog en vertelt de lotgevallen van een familie die daarin verstrikt geraakt. Ook werd de film bijzonder sterk gepromoot in christelijke krijgen om maximaal profijt te halen uit de bijbelse thema's die in de Narnia-verhalen aan bod komen.