Singapore haalt schouders op voor persvrijheid

Singapore vindt zijn pover imago op het gebied van persvrijheid helemaal niet erg. Gewezen eerste minister Goh Chok Tong stelde dat de stadsstaat zeker niet naar een westers mediamodel moet gaan, waar kritiek en oppositie aangemoedigd worden. Economie en welvaart zijn volgens hem belangrijker.

Tong benadrukte dat Singapore helemaal niet verlegen moet zijn om zijn lage rangschikking op het gebied van persvrijheid. "Op het gebied van economische vrijheid en welvaart scoort het land bijzonder hoog," benadrukte de gewezen eerste minister.

Tong ondersteunt het model van perscontrole en stelde dat Singapore een niet-vijandige pers moet ontwikkelen die accurate en objectieve verslaggeving verzorgt. "Ik ben geen voorzitter van een onderdanige pers," benadrukte hij. "Een onnadenkende pers is niet goed voorSingapore. Maar persvrijheid moet uitgeoefend worden binnen een kader van bredere verantwoordelijkheid en nationaal belang."

In zijn jaarlijkse index rangschikt Reporters sans Frontières (RsF) Singapore op het vlak van persvrijheid slechts op de 140ste plaats van 167 landen. Dat is een vooruitgang met vier plaatsen tegenover vorig jaar, maar scoort daarmee nog altijd slechter dan strikt bestuurde landen als Rusland en Jemen.

De lage rangschikking van Singapore wordt volgens de organisatie veroorzaakt door een complete afwezigheid van onafhankelijke media, gevangenisstraffen voor persmisdrijven en de zelfcensuur van de media. Bovendien heeft de oppositie geen toegang tot de staatsmedia.

RsF wijst ook op het feit dat internationale media, zoals de Asian Wall Street Journal, de Economist en de International Herald Tribune boetes of een uitgaveverbod hebben opgelopen. Daarmee probeert de regering volgens de organisatie journalisten tot zwijgen te brengen die de politieke elite in vraag stellen.

Goh merkte op dat het RSF-rapport een subjectief verslag is, opgesteld vanuit de ooghoek van linkse westerlingen. "In de Transparency International Index en de Economic Freedom Index scoort Singapore wel goed," voegde hij daar aan toe. "Het is trouwens niet bewezen dat eengrotere persvrijheid zal leiden tot een efficiënt bestuur of economische vrijheid en welvaart."

Singapore staat echter bekend omwille van zijn strikte houding ten opzichte van de media en de kunst. Voor publicaties of optredens moeten er altijd vooraf toelatingen aangevraagd worden.

Vorige maand kreeg de stadstaat zware kritiek van vertrekkend Amerikaans ambassadeur Franklin L. Lavin, die de vrijheid van meningsuiting op de korrel nam. De Britse Warwick University liet uit bezorgdheid voor de academische vrijheidplannen varen om in Singapore een campus op te zetten.