Export fataal voor kwaliteit Argentijns voetbal

Voetballers zijn voor Argentinië een belangrijk exportproduct, maar de lokale clubs halen daar weinig voordeel uit. Daarbij wordt opgemerkt dat slechts weinig clubs een uitgebalanceerd marketing-beleid hebben, terwijl ook de stadions vaak zwaar verouderd zijn. Bovendien ontbeert het de Argentijnse clubs ook aan een voldoende ticketverkoop en merchandising. Volgens een aantal analisten is de uittocht van het Argentijnse voetbaltalent een bedreiging voor de kwaliteit van de nationale competitie en legt volgens sommigen zelfs een hypotheek op de kansen van Argentinië om ooit voor de derde keer wereldkampioen te worden.

Gerardo Molina, chief executive van Euroamericas Sports Marketing, benadrukt dat uit rapporten is gebleken dat Argentinië de belangrijkste voetbalexporteur van de wereld is geworden. Het voorbije jaar werden 2.204 Argentijnse spelers aan buitenlandse clubs verkocht. Brazilië volgt op de tweede plaats met 1.674 geëxporteerde spelers. De rechten op de Argentijnse spelers hebben volgens Molina vorig jaar een bedrag van ongeveer 500 miljoen dollar opgeleverd. Ongeveer 45 procent van de Argentijnse exportspelers komt terecht in Engeland, Spanje, Duitsland, Frankrijk, Italië en Nederland. De rest wordt verspreid over de rest van de wereld.

Dat betekent volgens Molina echter niet dat Argentinië meer talentvolle spelers heeft dan Brazilië, maar wel dat de Argentijnse clubs financieel zwakker staan dan hun Braziliaanse tegenhangers. "De verkoop van spelers is voor de inkomsten van de Argentijnse clubs belangrijker geworden dan televisierechten of marketing," merkt Molina op tegenover het persbureau Associated Press. "De clubs zien geen enkele andere manier om voldoende inkomsten te genereren, zodat ze verplicht zijn om spelers te verkopen. Aangezien ook aankomende talenten steeds sneller worden verkocht, daalt het niveau van de Argentijnse competitie volgens sommige waarnemers zienderogen.