Australië begraaft koolstofdioxide

In Australië wordt dit jaar gestart met een eerste project om koolstofdioxide op te slaan, waarmee men wil aantonen dat er technologische efficiënte toepassingen zijn om de klimaatverandering te bestrijden. Het project vergt een investering van 23 miljoen dollar. Het wordt gedeeltelijk gefinancierd door bedrijven zoals Chevron, Xstrata en Rio Tinto en wordt beheerd door de Cooperative Research Centre for Greenhouse Gas Technologies (CRCG).

Chevron wil op zijn LNG-fabriek in Gorgon ondergrondse opslagruimtes gebruiken om koolstofdioxide op te slaan. Die capaciteit zou eventueel gebruikt kunnen worden voor de opslag van uitstoot van kolencentrales. Ook de mijngigant BHP Billiton en het oliebedrijf Shell ondersteunen het project. Het project wil aantonen dat koolstofdioxide voor miljoenen jaren kan opgeslagen worden. "We stoppen de koolstofdioxide opnieuw in de ondergrond," aldus CRCG-topman Peter Cook. "Daar komt het immers ook vandaan."

Ook Australië beleefde in 2005 het warmste jaar uit zijn geschiedenis en steunt voor zijn energievoorziening voor 77 procent op steenkool. Het procédé om het gas ondergronds op te slaan, wordt geo-sequestratie genoemd. Daarbij wordt de koolstofdioxide onttrokken uit de gassen en verscheidene kilometers langs pijpleidingen vervoerd, waarna het ongeveer twee kilometer diep in een uitgeput gasveld wordt geïnjecteerd. Het project zou jaarlijks ongeveer 100.000 ton gas opslaan. Gelijkaardige projecten worden ook voorbereid in Noorwegen, Canada en Algerije.