Naamkaartjes krijgen IM-alias

Instant Messaging is niet louter een communicatiemiddel van tieners. Ook op de werkvloer wordt het volgens een Amerikaanse studie steeds meer gebruikt, waarbij de technologie ingeschakeld wordt om zakelijke communicatie te voeren. Het IM-alias wordt ook al op naamkaartjes gedrukt.

"Jongeren en jonge volwassenen versturen op dit ogenblik meer IM-boodschappen dan e-mails," stippen onderzoekers van de Opinion Research Corporation aan. "Binnen de leeftijdscategorie van de 13- tot 21-jarigen maakt al bijna 66 procent gebruik van Instant Messaging als belangrijkste communicatiemiddel."

In de globale populatie verstuurt 38 procent al minstens evenveel berichten via Instant Messaging als via e-mail. Eén kwart van de bezoekers zou in de IM-boodschappen ook entertainment-content wensen, terwijl 20 procent via de IM-service ook zou willen telefoneren.

Eén op drie respondenten stelde nu al tenminste één keer per week mobiele IM-berichten te sturen via zijn gsm-toestel. Nog eens 12 procent zei geïnteresseerd te zijn in VoIP-diensten via Instant Messenger om hun vaste telefoonverbinding te vervangen.

In de Verenigde Staten gebruken nu al ongeveer 80 miljoen mensen geregeld de diensten van IM-aanbieders. Ook op de werkvloer begint de technologie steeds populairder te worden. Al 58 procent van de ondervraagden gebruikt de technologie om met collega's te communiceren.

Daarbij gebruikt 49 procent de technologie om werkgerelateerde antwoorden te krijgen en zakelijke beslissingen te nemen. Sommigen doen er ook beroep op om met klanten te communiceren of om moeilijke persoonlijke gesprekken te vermijden. Een groot gedeelte van de gebruikers (77 procent) is van oordeel dat Instant Messaging een positieve invloed heeft op hun werkprestaties. Ongeveer dertien procent heeft zijn IM-alias al op zijn naamkaartje vermeld.