Kwaliteit Europese televisie achteruit

Het gaat niet goed met de Europese televisie. Volgens het Open Society Institute (OSI) is het televisienieuws immers vaak onder de maat, zeker bij de commerciële zenders. Bovendien stelt de mediawaakhond dat het met de onderzoeksjournalistiek bijzonder droevig is gesteld, zowel bij de publieke omroepen als bij de commerciële zenders.

"Europa telt bijna vierduizend tv-kanalen, maar de kwaliteit is er alleen maar op achteruit gegaan," voert de mediawaakhond aan. "De sector is in handen van enkele bedrijven en ook de kijkcijfers gaan naar een beperkt aantal zenders."

De organisatie stelt dat het televisienieuws al te vaak ondermaats blijft. "Dat is zeker het geval bij de commerciële zenders," wordt er opgemerkt. "Ook met de onderzoeksjournalistiek op televisie is het bijzonder droevig gesteld. Dat geldt niet alleen voor de commerciële zenders, maar ook voor de publieke omroepen."

Dit zijn volgens de OSI bijzonder verontrustende vaststellingen. "De televisie is voor de Europeanen immers nog altijd de belangrijkste bron van informatie, ondanks het dynamische proces van de nieuwe informatietechnologie," wordt er opgemerkt.

Daarbij werd opgemerkt dat publieke omroepen steeds meer compromissen over kwaliteit om te kunnen concurreren met commerciële kanalen, een stelling die woensdagochtend ook nog eens naar voor gebracht werd door gewezen BRT-topman Cas Goossens tijdens het VRT-radioprogramma 'Het Beste Moet Nog Komen'.

De OSI-onderzoekers merkten daarnaast nog op dat vele omroepen steeds meer afhankelijk worden van de regering of politieke partijen. "Tegelijk komen er steeds groter concentraties in de commerciële sector, vaak ook met duidelijke politieke banden," voeren ze aan. "Deze ontwikkelingen brengen het pluralisme en de diversiteit in gevaar. Vooral in de jonge democratieën in Midden- en Oost-Europa is dat bijzonder zorgwekkend."

De OSI-studie wijst er verder op dat in vrijwel elk land ongeveer drie zenders de markt beheersen. "Zo hebben in Bulgarije, Kroatië en Tsjechië de drie populairste kanalen samen een marktaandeel van 80 procent," wordt er opgemerkt. "In Frankrijk trekt het commerciële TF1 bijna eenderde van de kijkers en de helft van de reclame-inkomsten naar zich toe. Alleen in Turkije en Duitsland is het aanbod versnipperd. Daar hebben de drie grootste zenders slechts de helft van de kijkers."

De Hongaarse mediaspecialist Miklos Haraszti stipt aan dat de opmars van de commerciële televisie heeft geleid tot kijkcijferoorlogen met de publieke zenders. "Dat leidt onvermijdelijk tot een debilisering van de programmering van de publieke zenders in veel landen," waarschuwde hij.